Linda Oosterveen (49 ans) d’Apeldoorn rêve d’un emploi dans l’enseignement, mais est déçue. Personne ne l’attend, semble-t-il. Alors qu’on lui promettait des montagnes d’or lorsqu’elle a décidé de se recycler d’infirmière de district à assistante d’enseignement. « C’est sans espoir. »
Dit artikel is afkomstig uit de Stentor. Elke dag verschijnt een selectie van de beste artikelen uit de kranten en tijdschriften op NU.nl. Daar lees je hier meer over.
Linda, moeder van twee tieners, werkt al dertig jaar in de zorg. De laatste twintig jaar als wijkziekenverzorgende. Leuk werk. Fijne collega’s, maar ook zwaar. Ze vreest dat ze het niet volhoudt tot haar 67ste.
Daarom neemt ze in 2020 een radicaal besluit. Ze wil een carrièreswitch maken. Naar het onderwijs. Ze schrijft zich enthousiast in voor de opleiding tot onderwijsassistent.
Gespreid bedje
Aangemoedigd door verhalen uit het veld, over de personeelstekorten en de grote kans op het vinden van werk, denkt ze in een gespreid bedje te belanden. « Als je klaar bent met de opleiding, staan ze om je te springen, is ons verzekerd. »
Naast haar werk in de dag, avond en weekenden doorloopt ze met succes de opleiding tot onderwijsassistent. Het kost haar bloed, zweet en tranen. En veel geld. « De combinatie van leren en werken was soms erg moeilijk. Twee dagen stage en vijf dagen en/of avonden werken, anderhalf jaar lang. Ik was wel eens doodmoe. Maar wilde dit zo graag doen. »
Als het mbo 4-diploma binnen is, in oktober 2021, gaat de vlag uit. Ze kan niet wachten. Dit is haar toekomst. Ze heeft tijdens de stages ervaren hoe leuk het werken met kinderen is. Ook goede cijfers en referenties gekregen. Maar de droom van Linda is vooralsnog een nachtmerrie.
‘Ben ik te oud?’
Na dertig sollicitaties in een wijde regio en nauwelijks gesprekken vreest ze dat een toekomst in het onderwijs er niet in zit voor haar. Ze snapt er niets van.
« Het is hopeloos. Voor mij dramatisch. Heel anders dan ik had verwacht. Ik heb van alles geprobeerd. Is er geen geld meer? Ben ik te oud? Ik kan toch niet de enige zijn die dit meemaakt? De roc’s blijven kandidaten afleveren. Worden onderwijsassistenten opgeleid voor de ww? Wat is mijn diploma waard? »
Er zijn wel degelijk vacatures, maar vooral in de Randstad. Niet alle banen zijn fulltime, soms maar voor een paar uur per week. Vaak tijdelijk, heeft Linda gemerkt, of als onderdeel van de buitenschoolse opvang. « Ik wil graag echt in het onderwijs aan de slag. Kinderen helpen. Wat ik heb geleerd in de praktijk brengen. »
Sollicitatiebrieven
Om meer kans te maken en te controleren of het aan haar ligt, heeft ze professionele hulp ingeroepen. « Ik heb mensen laten kijken naar mijn cv en mijn sollicitatiebrieven, want ik wil echt heel graag in het onderwijs aan de slag. »
Ze zit nog niet echt bij de pakken neer. Blijft studeren en certificaten halen om uiteindelijk toch een werkgever te kunnen overtuigen. « Gelukkig heb ik de luxe dat ik nog een baan heb, maar het is niet leuk dat het zo loopt. »
Veel kandidaten, weinig geld
Klopt het verhaal van Linda Oosterveen? Is zij een uitzondering? Die vragen legde de Stentor voor aan onderwijsorganisaties in deze regio. Dit is de uitkomst.
Sinds 2015, met de invoering van passend onderwijs, maken onderwijsassistenten en andere leraarondersteuners een indrukwekkende opmars in het primair onderwijs. Het aantal is gestegen van 10.000 fte in 2015 naar bijna 18.000 (ingevuld door meer dan 28.000 personen).
Ze helpen letterlijk de leerkrachten en zijn daarmee volgens scholen een enorme aanvulling, aanwinst en onmisbaar. Scholen zetten ondersteunend personeel ook in om een brug te slaan met voorschoolse- en naschoolse opvang, waarbij onderwijsassistenten op beide fronten actief zijn.
Het aantal gediplomeerde onderwijsassistenten is de afgelopen jaren geëxplodeerd. Elk jaar zwaaien 3200 afgestudeerden van het mbo af op zoek naar een baan. Dat aanbod is op dit moment niet in verhouding met de vraag en verkleint de kans. Als er ergens een vacature is, staan de kandidaten in de rij.
Steeds meer mbo’ers stromen door naar het hbo, waardoor de kans op werk in het onderwijs enorm toeneemt. Ze volgen daar de opleiding pedagogisch educatief professional (PEP), didactisch educatief professional (DEP) of pabo.
Concurrentie komt ook van binnenuit in de vorm van oudere leraren die met het pensioen in aantocht een stapje terugdoen en de laatste jaren van hun loopbaan als onderwijsondersteuner actief zijn. Voordeel van die rol is dat ze veel minder verantwoordelijkheden hoeven te dragen, waardoor het werk beduidend minder zwaar is.
Voor het aanstellen van onderwijsassistenten hebben scholen deels gebruikgemaakt van tijdelijk geld dat ze kregen om werkdruk te verminderen en een inhaalslag te maken, onder meer vanwege de coronacrisis. Onzekerheid over hoeveel geld komende jaren beschikbaar blijft zorgt ervoor dat scholen een pas op de plaats maken bij het aannemen van ondersteunend personeel.
De kans op werk voor afgestudeerde onderwijsassistenten is nu volgens KiesMbo in grote delen van het land ‘gering’. Dat betekent volgens deze organisatie dat het ‘erg lastig zal zijn’ een baan te vinden die bij de opleiding past. Grote delen van Oost-, Noord- en Zuid-Nederland scoren ‘geringe kans’. Flevoland, omgeving Nijmegen en Randstad zitten op ‘matige kans’. Voldoende kans komt nergens meer voor.
‘We moeten juist de rode loper uitleggen’
We moeten de rode loper uitleggen voor iedereen die in het onderwijs aan het werk wil. Dat zegt Sebastiaan Timmermans van de Algemene Onderwijsbond (AOb) over onderwijsassistenten die niet aan de bak komen.
Hij zegt dat beeld te herkennen en vindt het geen goed signaal. « We zien dat veel te veel mensen het vak verlaten, dus wij pleiten er echt voor de rode loper uit te rollen voor al die mensen die in het onderwijs willen werken of terug willen keren in het onderwijs. Zorg voor een goed salaris, minder werkdruk en goede begeleiding van studenten en starters. »
Dat het voor onderwijsassistenten moeilijk is werk te vinden, heeft volgens de bond te maken met geld. Hij noemt onder meer het Nationaal Programma Onderwijs (NPO).
Iedereen hard nodig
« Door de NPO-gelden zijn heel veel extra onderwijsassistenten aangenomen. Dat geld loopt binnenkort af en dus hebben scholen nu geen extra plekken meer. Bij opleidingen voor onderwijsassistent in het oosten worden leerlingen nu bijvoorbeeld met een extra module voorbereid op de pabo, zodat de kans groter is dat ze voor dit vervolg kiezen, want we hebben iedereen hard nodig in het onderwijs », zegt AOb-woordvoerder Sebastiaan Timmermans.